Oktopedians

Vormen en akkoordenschema's

Muziek is een verhaal. Een verhaal bestaat uit zinnen. Een muziekzin bestaat over het algemeen uit 4 maten (soms 2). Een muziekstuk is meestal een veelvoud van 4 maten. Hieronder enkele veel voorkomende en akkoordenschema’s.

Blues

⇨ basisblues (majeur)
3 zinnen van 4 maten. Totaal 12 maten.
Alle akkoorden zijn dominant7: I7, IV7 en V7.

Voorbeelden
Gestelblues in F, Blue Monk in Bb

I7IV7I7I7
IV7IV7I7I7
V7IV7I7I7 (V7)

Er zijn allerlei variaties mogelijk op dit schema.

Wat kan je gebruiken in de blues?

  • Pentatonische ladder
  • Bluesladder
  • Myxolydisch - Uitgaande van de akkoorden: I7, IV7 en V7.

Myxolydisch
Elk dominant7 akkoord in de majeur-blues is eigenlijk de Ve trap in een majeur toonladder. Als je die majeur toonladder vanaf die Ve trap speelt, dan is dat de Myxolydische modus.

Bij een blues in C is dat:
C7 is de Ve trap in F. De F majeur toonladder van c naar c spelen is Myxolydisch C.
F7 is de Ve trap in Bb. De Bb majeur toonladder van f naar f spelen is Myxolydisch F.
G7 is de Ve trap in C. De C majeur toonladder van g naar g spelen is Myxolydisch G.

Kenmerkende verschillen:
C7 heeft een e en een bb
F7 heeft een eb
G7 heeft een b

Je moet dus de juiste myxolydische modus bij elk akkoord spelen. Dit in tegenstelling tot de pentatonische en bluesladder, die je over alle akkoorden kan spelen.

Je kan alle bovengenoemde ladders en Myxolydische modus met elkaar combineren in je solo.

⇨ Jazz blues (majeur)
Ten opzichte van de basisblues zijn er extra akkoorden toegevoegd:

  • II-V als aanloop naar een akkoord
  • Verminderd akkoord als overgang tussen twee akkoorden
  • I-VI7-II-V Turnaround aan het einde
I7IV7I7II V voor IV in maat 5
IV7#IV7I7II V voor II in maat 9
IIVI7 VI7II V voor I in maat 1

Er zijn variaties mogelijk op dit schema

In de II-V en I-VI7-II-V kan je de bijbehorende majeur toonladders spelen.

Het verschil tussen het verminderde akkoord in maat 6 en de IVe trap in maat 5 is alleen de verhoogde grondtoon van IV. Je hebt daardoor een leidtoon gekregen tussen de grondtoon van IV in maat 5 en de kwint van I maat in maat 7.
Bijvoorbeeld bij een blues in C: f-f#-g.

In je solo kan je alles met elkaar combineren: penta/blues/modus/majeur, maar je moet het wel op het juiste moment doen, wanneer het akkoord het toelaat. Handig: als je het even niet meer weet, kan je gewoon op de penta- of bluesladder terugvallen, want dat kan door het hele schema gebruikt worden.

Omdat je het allemaal kan combineren hoef je niet van te voren met de ritmesectie af te spreken. Ze horen het vanzelf wel en gaan met je mee… of niet,  want dat is niet persé nodig. Je kan dus in je solo zomaar overstappen op de jazzblues. In de praktijk kan je daar veel voorbeelden van horen: kijk bij de video’s bij uitleg Blue Monk.
Je kan in je solo het schema dan ook geheel of gedeeltelijk volgen.

De blues heeft veel afwisselende mogelijkheden, als je wat meer gebruikt dan alleen pentatonisch, maar je moet dan wel weten wat en wanneer je iets doet en goed horen waar je in het schema zit.

⇨ Mineurblues
Bij een mineurblues zijn de tonica en subdominant mineur-akkoorden.

Wat kan je gebruiken?

  • Pentatonische ladder
  • Bluesladder
  • Mineur toonladder

Modi: Dorisch en Myxolydisch
Uitgaande van de akkoorden: Imin7, IVmin7 en V7.

De mineur-blues wijkt vaak af van de gewone basisblues:

  • Vaak alternatief akkoord voor V
  • Vaak 16 maten
  • En andere variaties

Het is afhankelijk van de variaties, wat je nog meer kan gebruiken voor je solo.

Voorbeelden
Footprints in C mineur, Sugar in C mineur, Cantaloupe Island in F mineur.

AABA 32 maten schema

Een A-tje is 2 zinnen van 4 maten: 8 maten
Een B-tje is 2 zinnen van 4 maten: 8 maten
Totaal 32 maten
Melodielijn in de A-tjes zijn op het einde na, meestal hetzelfde. Het B-tje onderscheidt zich door andere melodie en akkoorden.
Een A-tje staat in 1 of meer toonsoorten. Het B-tje begint in een andere toonsoort dan het A-tje en doorloopt 1 of meer toonsoorten. Het einde van het B-tje bereidt dan weer voor naar de toonsoort waar het A-tje in staat.

A11234
5678
A29101112
13141516
B17181910
21222324
A325262728
29303132

Wat kan je gebruiken in je solo
Dat hangt helemaal van het nummer af en kan heel verschillend zijn, maar je gebruikt veel de majeur en de mineur toonladder.
Heel vaak voorkomende cadenzen zijn: II-V-I en I-VI-II-V-I. Verder moet je het per nummer bekijken.

Voorbeelden
Bernie’s Tune
Grade a Gravy
In a Sentimental Mood
Moose the Mooche

⇨ Rythm-schema
Een specifiek AABA schema, waarbij het B-tje helemaal uit Dominant7 akkoorden bestaat, die elk de dominant (V7) van het volgende akkoord is. De laatste is dan ook weer de dominant voor de toonsoort in het A-tje. Je schuift dus steeds een kwart op met de toonsoort waarin je speelt.
Voorbeeld in toonsoort Bb:

A1 en A2 in toonsoort Bb
BD7D7G7G7
C7C7F7F7
A3 in toonsoort Bb

D7 is V in G
G7 is V in C
C7 is V in F
F7 is V in Bb

Voorbeeld
I Got Rythm

⇨ Variaties op AABA schema

ABAC schema
C kan beginnen als B, maar wijkt daar vervolgens van af. Of C is totaal anders dan A of B.
Voorbeelden:
There will never be another you
But not for me
After you’ve gone. Hier heeft C bovendien 16 maten in plaats van 8.

AABC schema
Voorbeeld:
Autumn Leaves.

ABAB schema
Voorbeeld:
Tickle Toe.

Meer lezen:

1 april 2024
Vormen en akkoordenschema's

Muziek is een verhaal. Een verhaal bestaat uit zinnen. Een muziekzin bestaat over het algemeen uit 4 maten (soms 2). Een muziekstuk is meestal een veelvoud van 4 maten. Hieronder enkele veel voorkomende en akkoordenschema’s. Blues ⇨ basisblues (majeur)3 zinnen van 4 maten. Totaal 12 maten.Alle akkoorden zijn dominant7: I7, IV7 en V7. VoorbeeldenGestelblues in F, Blue […]

Read More